KZVB Zaalvoetbalbond vzw.
Dorp 25, 2275 Poederlee
Tel. 0475 70 43 14
Email : info@kzvb.be
Website : www.kzvb.be
Gesticht : 15 oktober 1985
Bankgegevens KZVB
Bankrekening KZVB : IBAN = BE12 6528 3941 9692 / BIC = HBKABE22
Gelieve bij iedere betaling in de mededeling de reden van betaling, de clubnaam + stamnummer te vermelden aub.
Privacybeleid KZVB : klik hier voor de privacyverklaring van de KZVB
Kempense Commssie : KC
Voorzitter : Jef Proost, Dorp 25, 2275 Poederlee
Gsm 0475 70 43 14
jef@kzvb.be
Adj. Secretaris : Marc De Bisschop
marc@kzvb.be
Kempense Tuchtcommissie : KTC
Voorzitter : Danny Bernaerts, danny@kzvb.be
Secretaris : Marc De Bisschop, marc@kzvb.be
Leden : Ludo Van Den Heuvel, Luc Derkinderen
Kempense Beroepscommissie : KBC
Leden : occasionele samenstelling
Kempense Scheidsrechterscom. : KSC
Voorzitter : Danny Versweyfeld : anja.vermeulen@telenet.be
Secretaris : Vic Janssens
Bestuursleden : Freddy Dierckx, Roger Mertens, Jef Oris
Doelstelling:
Op 15 oktober 1985 werd de Kempische Zaalvoetbalbond opgericht met als doel zaalvoetbal in te richten in eigen streek aan een betaalbare prijs en in competitieverband. De competitie wordt georganiseerd voor zowel heren-senioren, dames en veteranen. Er wordt ook bekervoetbal gespeeld in de Beker van de Kempen.
Wat heeft zaalvoetbal te bieden?
Techniek en balbeheersing:
Techniek en balbeheersing vormen de basis van de voetbalsport. Zaalvoetbal is een terugkeer naar de roots van de voetbalsport, naar het pleintjes- of straatvoetbal… Door de beperkte ruimte waarin zaalvoetbal wordt gespeeld en door het geringe aantal spelers (1 keeper + 4 veldspelers) ligt het aantal balcontacten tientallen keren hoger dan bij het veldvoetbal. Het spreekt dan ook vanzelf dat zaalvoetbal het balgevoel en de basistechniek van de spelers stimuleert.
Snelheid van uitvoering:
Zaalvoetbal wordt vooral gespeeld in de “kleine ruimte” en verloopt veel intensiever dan veldvoetbal. De spelers wordt daardoor tijdens het spel verplicht om sneller oplossingen te vinden. Hun handelingssnelheid en hun techniek gaan hierdoor verbeteren.
Fysiek (korte en intensieve inspanningen):
Zaalvoetballers bouwen fysieke capaciteiten op die hen toelaten het “korte werk” intensiever en gedurende langere tijd uit te voeren (korte sprints, korte schijnbewegingen, korte pressing). Dit aspect wordt in de veldvoetbalopleiding vaak verwaarloosd.
Bij de topclubs wordt er meer en meer teruggegrepen naar spelers die juist in die “kleine ruimte” het verschil kunnen maken (Boussoufa, Ronaldinho, Messi, Eto’o, C. Ronaldo, Deco, …).
Lenigheid:
In het zaalvoetbal ligt de nadruk op “schijnbewegingen”, “vrijlopen”, “afhaken”, “tempoveranderingen”. Doordat de speler veelvuldig gebruik moet maken van deze korte bewegingen, kweekt hij een bijkomende lenigheid aan die in het veldvoetbal nauwelijks wordt getraind.
Tactiek:
Zaalvoetbal is een erg tactisch spelletje. De speler leert om te gaan met tactische richtlijnen, zowel op individueel vlak (“welke keuzes maak ik op welk moment: dribbel, passen of op doel schieten?”) als wat de ploeg aangaat (“hoe spelen we een tegenaanval uit bij balverlies van de tegenpartij?”, “hoe nemen we een hoekschop of vrije trap?”, “hoe stellen we ons verdedigend als ploeg op?”).
Veelzijdigheid is vereist:
De spelers “roteren” constant in de loop van een zaalvoetbalwedstrijd. Iedere speler komt op meerdere plaatsen terecht. Een spits is niet alleen louter spits en een “laatste man” is ook niet louter “laatste man”… Dit komt uiteraard de “algemene ontwikkeling” van de speler ten goede.
Verwantschap met andere sporten:
Het team is belangrijk, zonder individuele “beknotting”. Zaalvoetbal leunt dicht aan bij andere zaalsporten (vooral dan basketbal) die ook op een korte ruimte worden uitgevoerd en waarin ook techniek, fysiek en tactiek een belangrijke plaats innemen. Kenmerkend voor de zaalsporten is ook de typische “teamspirit”. Teambuilding, het vormen van een hechte groep, wordt als erg belangrijk beschouwd. In tegenstelling tot het veldvoetbal worden individuele acties en techniek in het zaalvoetbal wel aangemoedigd. Deze zijn door de beperkte ruimtes ook noodzakelijk. Door de typische teamgeest zullen de spelers hun individuele acties echter meer in functie van het team uitvoeren. Correcties door de trainer-coach worden ook makkelijker aanvaard.
Blessures:
Een vaak voorkomend verwijt is dat zaalvoetbal sneller tot blessures leidt. Dit verwijt is echter op geen enkele “wetenschappelijke basis” gestoeld. In zaalvoetbal zijn lichamelijke contacten niet uitgesloten. Ze zijn ook nodig opdat de speler zijn fysieke capaciteiten verder ontwikkelt (wat ook nodig is voor zijn veldvoetbalactiviteiten). Maar… blessures door harde contacten tussen de spelers zijn zo goed als onbestaande. Ook de blessures uit “verkeerde” (draai)bewegingen zijn zeldzaam. De speler raakt namelijk snel gewend aan de korte bewegingen in het zaalvoetbal (zie hiervoor het punt lenigheid) en door sneller te denken en te handelen voorkomt hij vele blessures (wat hem ook een voordeel oplevert in het veldvoetbal). De verbetering van de vloeren in de indoorhallen en van de zaalvoetbalschoenen leidt ook tot een vermindering van de blessures.
Conclusie:
Zaalvoetbal of Futsal biedt een algemene opleiding aan de speler. Het moet niet als concurrent worden gezien van het veldvoetbal, maar eerder als een belangrijke aanvulling, een bijkomende opleiding.
Het Braziliaanse (Barcelonese) systeem bewijst toch voldoende het nut van zaalvoetbal in de opleiding van topveldvoetballers!!!
bron : Herman Beyers (ex. international)